Vlaamsesportfederatie
Eind 2018 besliste de Vlaamse Regering (definitief) om op vlak van de beleidsfocussen enkele wijzigingen door te voeren:
De vergoeding voor het verenigingswerk wordt als mogelijke subsidieerbare kost toegevoegd in het kader van de beleidsfocussen sportkampen, innovatie, jeugdsport en laagdrempelig sporten. De vergoeding voor verenigingswerk in het kader van de basiswerking van de gesubsidieerde sportfederaties kan zonder aanpassing van de bestaande regelgeving ingebracht worden als subsidieerbare kost. De vergoedingen voor verenigingswerk betaald vanaf 18 juli 2018 kunnen ingediend worden als subsidieerbare kosten in de beleidsfocussen sportkampen, innovatie, laagdrempelig sportaanbod en jeugdsport.
De subsidieposten in het kader van de beleidsfocus topsport zijn zeer specifiek. Mits voorafgaandelijk uitdrukkelijk akkoord van de dossierbeheerder topsport kunnen de vergoedingen voor verenigingswerk aanvaard worden als specifieke kosten eigen aan het topsportprogramma in het kader van de beleidsfocus topsport (zie artikel 15, tweede lid, 2°, d), artikel 17, 5° BVR beleidsfocus Topsport).
Op vlak van de beleidsfocus sportkampen wijzigen daarnaast volgende zaken, met ingang van 1 september 2019 (subsidie 2020):
De wijze waarop men over het kamp moest communiceren wordt geschrapt. Het gedetailleerde programma moet nog steeds uiterlijk tien dagen voor de aanvang van het sportkamp vervolledigd worden.
Bepaalde taken in de uitvoering moeten niet meer verplicht in eigen beheer gebeuren. Als de sportfederatie beslist om bepaalde taken in de uitvoering aan derden (bv. administratie, promotie, lesgeversadministratie,..) te delegeren, blijft ze wel de eindverantwoordelijke voor de naleving van de bijzondere voorwaarden, vermeld in artikel 16, punt 1° tot en met 6° van het BVR Beleidsfocussen. De sportfederatie beschikt in dat geval over een ondertekende overeenkomst met de derde partij, waarin uitdrukkelijk wordt vermeld dat de derde partij die bijzondere voorwaarden ook zal naleven.De subsidie voor kansengroepen wordt niet meer louter toegekend in functie van een korting op het inschrijvingsgeld. De subsidie kan ook aangewend worden om extra begeleiding, extra faciliteiten,
te voorzien, waarbij de federatie moet aantonen welk kansengroepenbeleid ze voert om in aanmerking voor die extra subsidie per deelnemer uit een kansengroep ( G-sporter, kansarme deelnemer).
Het jaarlijks beschikbare krediet voor de subsidies sportkampen wordt als volgt toegekend:
- in eerste instantie: naar rato van het aantal subsidieerbare deelnemers uit kansengroepen. De sportfederatie toont in dat geval in haar subsidieaanvraag aan dat ze een effectief kansengroepenbeleid voert door de wijze waarop ze actief communiceert naar de kansengroepen en door de bijkomende begeleidende initiatieven voor kansengroepen toe te lichten. Als aan die voorwaarden is voldaan, wordt per deelnemer uit een kansengroep een deelnemerssubsidie van 50 euro toegekend.
- in tweede instantie: de bezoldiging of vergoeding van de gekwalificeerde lesgevers
- in derde instantie: eventueel resterende krediet wordt uitgekeerd naar evenredigheid van het aantal gesubsidieerde deelnemers uit kansengroepen aan de gesubsidieerde sportkampen met een maximum van 50 euro per gesubsidieerde deelnemer uit kansengroepen.
Wie vragen heeft over:
de subsidiėring van de vergoeding voor verenigingswerk kan terecht bij zijn dossierbeheerder.
de wijzigingen aan de subsidiėring beleidsfocus sportkampen kan terecht bij Kris Noėl, coördinator sportkampen.
Klik hier voor de volledige tekst van het besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van 16 september 2016 van de Vlaamse Regering betreffende de uitvoering van het decreet van 10 juni 2016 houdende de erkenning en subsidiėring van de georganiseerde sportsector inzake de vaststelling van de voorwaarden om een subsidie te verkrijgen voor de uitvoering van de beleidsfocussen jeugdsport, laagdrempelig sportkampen, innovatie en sportkampen.